direct naar inhoud van 4.4 Water
Plan: Wijzigingsplan Gouwedreef N207
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1901.12GouwedreefN207-WP80

4.4 Water

Bij ruimtelijke plannen is sinds november 2003 de watertoets verplicht.

Ten behoeve van het project is een watertoets uitgevoerd. De watertoets houdt in dat het project is beoordeeld op de gevolgen voor het watersysteem. Een belangrijk onderdeel van de watertoets vormt het overleg met de waterbeheerder, in dit geval het Hoogheemraadschap van Rijnland. Middels dit overleg wordt getoetst of het project voldoet aan het geldende waterbeleid.

Beleid Hoogheemraadschap Rijnland

Voor de planperiode 2010-2015 zal het Waterbeheerplan (WBP) van Rijnland van toepassing zijn. In dit plan geeft Rijnland aan wat haar ambities voor de komende planperiode zijn en welke maatregelen in het watersysteem worden getroffen Het nieuwe WBP legt meer dan voorheen accent op uitvoering. De drie hoofddoelen zijn veiligheid tegen overstromingen, voldoende water en gezond water. Wat betreft veiligheid is cruciaal dat de waterkeringen voldoende hoog en stevig zijn én blijven en dat rekening wordt gehouden met mogelijk toekomstige dijkverbeteringen. Wat betreft voldoende water gaat het erom het complete watersysteem goed in te richten, goed te beheren en goed te onderhouden.

Daarbij wil Rijnland dat het watersysteem op orde en toekomstvast wordt gemaakt, rekening houdend met klimaatverandering. Immers, de verandering van het klimaat leidt naar verwachting tot meer lokale en heviger buien, perioden van langdurige droogte en zeespiegelrijzing. Het waterbeheerplan sorteert voor op deze ontwikkelingen.

Het hoogheemraadschap heeft op 10 mei 2011 de nieuwe Beleidsregels en algemene regels inrichting watersysteem keur 2011 vastgesteld. Deze beleidsregels vervangen de regels van 1 december 2009. Per 27 mei 2011 treden deze regels in werking. Een nieuwe Keur is nodig vanwege de totstandkoming van de Waterwet en daarmee verschuivende bevoegdheden in onderdelen van het waterbeheer. Verder zijn aan deze Keur bepalingen toegevoegd over het onttrekken van grondwater en het infiltreren van water in de bodem. De “Keur en Beleidsregels” maken het mogelijk dat het Hoogheemraadschap van Rijnland haar taken als waterkwaliteits- en kwantiteitsbeheerder kan uitvoeren. De Keur is een verordening van de waterbeheerder met wettelijke regels (gebod- en verbodsbepalingen) voor:

  • Waterkeringen (onder andere duinen, dijken en kaden);
  • Watergangen (onder andere kanalen, rivieren, sloten, beken);
  • Andere waterstaatswerken (o.a. bruggen, duikers, stuwen, sluizen en gemalen).

De Keur bevat verbodsbepalingen voor werken en werkzaamheden in of bij de bovengenoemde waterstaatswerken. Er kan een ontheffing worden aangevraagd om een bepaalde activiteit wel te mogen uitvoeren. Als Rijnland daarin toestemt, dan wordt dat geregeld in een Watervergunning op grond van de Keur. De Keur is daarmee een belangrijk middel om via vergunningverlening en handhaving het watersysteem op orde te houden of te krijgen. In de Beleidsregels, die bij de Keur horen, is het beleid van Rijnland nader uitgewerkt.

Kenmerken watersysteem

De rotonde en de aanleg van het ontbrekende wegvak in de Gouwedreef zijn geprojecteerd in de Gouwe Polder. De bodem bestaat uit zogenaamd bosveen (kleiarm, kleiige en zandig kleiig veen). Volgens het achtergrondrapport bij de deelstroomgebiedsvisie Midden-Holland treedt in het gebied wegzijging op van (dieper) grondwater. Dit heeft te maken met de aanwezigheid van diepere droogmakerijen die door de lagere ligging de grondwaterstroming aantrekken. Overtollig water wordt via het slotenstelsel naar de hoofdwatergangen geleid. De hoofdwatergangen voeren af in noordelijke richting naar het poldergemaal in Boskoop dat overtollig water uitslaat op de boezem van de Gouwe.

Resultaten overleg

Bij de ontwikkeling van het sierteeltgebied Randenburg en de Gouwedreef vanaf de Randenburgseweg heeft overleg met het Hoogheemraadschap van Rijnland plaatsgevonden in het kader van het Stibos-project. Dit heeft toen geresulteerd in de Definitieve Beschikking Verordening Waterbeheer Rijnland, verleend aan Stibos op 10 april 2006 (besluitnr.05.23648/V.41004A). Conform deze beschikking is het sierteelt Randenburg met Gouwedreef gerealiseerd, inclusief de noodzakelijke watercompensatie in combinatie met natuurontwikkeling. Dit betreft de twee waterpartijen aan de westkant van het sierteeltgebied ter hoogte van de geplande rotonde in de N207 en enkele natuurgebiedjes aan de oostkant van het sierteeltgebied ter hoogte van de aansluiting van de Gouwedreef op de Randenburgseweg.

Op 9 juli 2010 heeft overleg plaatsgevonden met Rijnland over de aan te leggen rotonde in de N207 en de aansluiting op de Gouwedreef (zie bijlage 4). Daaruit blijkt dat Rijnland een volledige compensatie eist van het te dempen wateroppervlak zijnde de te dempen berm/kwelsloot in het hoge peilvak. Uitgangspunt is dat een nieuwe bermsloot wordt aangelegd langs de rijbanen. Voor de extra verharding als gevolg van de aanleg van de rotonde en het ontbrekende deel van de Gouwedreef dient eveneens compensatie aan oppervlaktewater plaats te vinden.

In overleg met het hoogheemraadschap, provincie en gemeenten bekijkt Grontmij momenteel de mogelijkheden voor de watercompensatie in combinatie met natuurontwikkeling. Voor de aanleg van de rotonde met parallelweg moet een gedeelte van de ter plaatse aanwezige twee waterpartijen worden gedempt. Hiervoor wordt compensatie gezocht in het aangrenzende gebied, waaronder het sierteeltgebied Randenburg. De watercompensatie wordt geregeld via een Watervergunning in het kader van de WABO. De bestaande planologische regelingen laten dit toe.

Conclusie

Naar verwachting wordt er een locatie gevonden voor de watercompensatie in het aangrenzende gebied van Randenburg, zodat aan de voorwaarden van Rijnland kan worden voldaan.