direct naar inhoud van 3.2 Rijksbeleid en Europese richtlijnen
Plan: Sierteeltgebied Randenburg uitbreidingslocatie Griffioen
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1901.11Gouwedreefnabij3-WP80

3.2 Rijksbeleid en Europese richtlijnen

In de Nota Ruimte (2004) is het beleid voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland voor de periode tot 2020 uiteengezet. daarbij is het uitgangspunt 'decentraal wat kan, centraal wat moet'. Dit betekent dat de ruimtelijke ontwikkeling en inrichting vooral een taak van de provincies en gemeenten is. Het beleid is vooral gericht op het bieden van ruimte voor ontwikkeling om zo krachtige steden en een levendig platteland te bevorderen. In de nota zijn vijf tuinbouwlocaties van internationaal belang aangewezen tot zogenoemde greenport. Eén daarvan is Boskoop en omgeving voor de sierteelt. Het rijksbeleid is erop gericht de ruimtelijke ontwikkeling van de Greenports zodanig te sturen, dat de functie als greenport ook op de lange termijn behouden blijft en/of wordt versterkt.

Het rijksbeleid en europese richtlijnen hebben hun doorwerking op het ruimtelijke ordeningsbeleid in algemene zin en naar het beleid van de lagere overheden. Voor het onderhavige wijzigingsplan zijn in dit verband van belang:

  • het Verdrag van Malta (1992), waarin is vastgelegd dat ten behoeve van de planologische procedures archeologisch onderzoek dient te worden uitgevoerd. In paragraaf 5.2 wordt hier nader op ingegaan;
  • de Wet Bodembescherming, van belang om vast te stellen of de bodem geschikt is voor de beoogde planontwikkeling. In paragraaf 5.3 wordt dit behandeld;
  • de Flora- en faunawet in verband met mogelijke consequenties van de voorgenomen ontwikkeling op flora en fauna;
  • de Vierde Nota Waterhuishouding (1999), met de daaruit voortvloeiende verplichting om de effecten van het plan op de waterhuishouding in beeld te brengen aan de hand van de watertoets, opgenomen in paragraaf 5.5;
  • de Wet geluidhinder, in geval sprake is van geluidgevoelige bestemmingen, zie paragraaf 5.6;
  • voorts ook toetsing aan het Besluit luchtkwaliteit (paragraaf 5.7) en Besluit externe veiligheid inrichtingen (BEVI) in paragraaf 5.8.

Bovengenoemde (internationale) richtlijnen zijn doorvertaald in provinciaal en gemeentelijk beleid. Gelet op de aard en omvang van de onderhavige planontwikkeling voor het Sierteeltgebied Randenburg wordt volstaan met de belangrijkste aanknopingspunten uit het ruimtelijk beleid van de provincie Zuid-Holland en de gemeente Bodegraven - Reeuwijk.