direct naar inhoud van Artikel 27 Wonen - 4
Plan: Kern Bodegraven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0497.KernBodegraven10-BP80

Artikel 27 Wonen - 4

27.1 Bestemmingsomschrijving
27.1.1 Algemene bestemmingsomschrijving

De voor Wonen - 4 aangewezen gronden zijn bestemd voor wonen in de vorm van woonwagens met daarbij behorende voorzieningen en overeenkomstig de in 27.1.2

opgenomen nadere detaillering van de bestemming.

27.1.2 Nadere detaillering van de bestemming

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 27.1.1:

a Niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit

Binnen deze bestemming wordt het gebruik van ruimten binnen de woning en/of aan-/ uitbouwen en bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit als gebruik overeenkomstig de bestemming in een woning of bedrijfswoning aangemerkt, voorzover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de woonfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • 1. maximaal 30% van het vloeroppervlak van de woning met inbegrip van gerealiseerde aan- en uitbouwen en bijgebouwen, tot ten hoogste en in totaal 50 m² mag worden gebruikt voor het aan huis verbonden beroep;
  • 2. degene die de activiteiten in de woning uitvoert, dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
  • 3. uitsluitend is toegestaan een inrichting type a conform het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer. Type b is uitsluitend toegestaan na verlening van ontheffing als opgenomen in 38.1;
  • 4. er mag geen detailhandel of groothandel plaatsvinden.
27.2 Bouwregels
27.2.1 Algemeen

Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd dan wel geplaatst:

  • a. woonwagens met bijbehorende bijgebouwen, waaronder bergingen, sanitaire ruimten, dierenverblijven, kassen, garages en carports;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, passende in de bestemming.
27.2.2 Situering

Voor gebouwen gelden de volgende situeringseisen:

  • a. woonwagens mogen uitsluitend worden gesitueerd ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
  • b. het aantal woonwagens per bouwvlak mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' door middel van deze aanduiding is aangeduid;
  • c. woonwagens dienen in de naar de bestemming Verkeer - Verblijfsgebied gekeerde zijde van de aanduiding 'bouwvlak' te worden gesitueerd;
  • d. vrijstaande bijgebouwen dienen op een afstand van minimaal 1 m tot de woonwagen te worden gesitueerd.
27.2.3 Maatvoering woonwagens en bijgebouwen

De bouwwerken als bedoeld in 27.2.1 onder a zijn uitsluitend toegestaan, indien per standplaats wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. de goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' met deze aanduiding is aangegeven;
  • b. de goothoogte van bijgebouwen mag maximaal 3 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van bijgebouwen mag maximaal 5 m bedragen;
  • d. de bebouwde oppervlakte op het bouwperceel (standplaats) van de te plaatsen woonwagen met aanbouw mag maximaal 90 m2 bedragen;
  • e. op de standplaats is een bijgebouw toegestaan met een maximale oppervlakte van 20 m2.
27.2.4 Maatvoering bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag vóór de naar de weg gekeerde zijde van de woonwagen alsmede in het gebied tot 1 m achter de naar de weg gekeerde zijde van de woonwagen niet meer bedragen dan 1 m;
  • b. de bouwhoogte van erf- of terreinafscheidingen in het gebied vanaf 1 m achter de naar de weg gekeerde zijde van de woonwagen mag niet meer bedragen dan 2 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag in het gebied vanaf 1 m achter de naar de weg gekeerde zijde van de woonwagen niet meer bedragen dan 3 m.
27.2.5 Afwijkingenregeling

In afwijking van het voorgaande geldt voor bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde het volgende: indien en voorzover de bestaande maatvoering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, de genoemde maxima overschrijdt, geldt de bestaande maatvoering als maximum.

27.3 Specifieke gebruiksregels
27.3.1 Strijdig gebruik

Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van:

  • a. voor het opslaan, storten of bergen van materialen en producten, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het plaatsen van caravans en campers;
  • c. de uitoefening van enige vorm van handel en/of bedrijf;
  • d. en logies;
  • e. zelfstandige bewoning van vrijstaande bijgebouwen.