direct naar inhoud van Regels
Plan: eerste herziening Plassengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1901.herz1Plassengebied-BP80

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

De begripsbepalingen van het bestemmingsplan “Plassengebied” (NL.IMRO.1901.Plassengebied-BP80), zoals vastgesteld op 24 juni 2015 door de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat wordt verstaan onder:

1.1 plan

het bestemmingsplan “eerste herziening Plassengebied” van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk.

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1901.herz1Plassengebied-BP80 met de bijbehorende regels.

Artikel 2 Wijze van meten

De wijze van meten van het bestemmingsplan “Plassengebied” (NL.IMRO.1901.Plassengebied-BP80), zoals vastgesteld op 24 juni 2015 door de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, zijn van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Van toepassing verklaring

De regels van het bestemmingsplan “Plassengebied” met identificatiecode NL.IMRO.1901.Plassengebied-BP80, zoals vastgesteld op 24 juni 2015 door de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, zijn van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 4 Van toepassing verklaring

De regels van het bestemmingsplan “Plassengebied” met identificatiecode NL.IMRO.1901.Plassengebied-BP80, zoals vastgesteld op 24 juni 2015 door de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 5 Overgangsrecht

5.1 Overgangsrecht bouwwerken

Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:

  • a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan;
  • b. het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van dit lid onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in dit lid onder a met maximaal 10%;
  • c. dit lid onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

5.2 Overgangsrecht gebruik

Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:

  • a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
  • b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in dit lid onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
  • c. indien het gebruik, bedoeld in dit lid onder a, na het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
  • d. dit lid onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

5.3 Persoonsgebonden overgangsrecht

Voor het gebouw ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - persoonsgebonden overgangsrecht" geldt het volgende:

In afwijking van het bepaalde in artikel 5.2 mag het gebruik voor permanente bewoning worden voortgezet door diegenen die het gebouw bewonen ten tijde van het van kracht worden van dit bestemmingsplan. Zodra het gebruik als permanente bewoning door de bestaande gebruikers wordt beëindigd vervalt het recht op het gebruik van het gebouw voor permanente bewoning. Als bestaande gebruiker wordt aangemerkt de personen:

  • a. De op het moment van het van kracht worden van deze regels volgens de Basisregistratie Personen (BRP) van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk als hoofdbewoner en diens partner staan ingeschreven op het perceel Platteweg 27-4;
  • b. Of waarvan op andere wijze vast staat dat die op het moment van het van kracht worden van deze regels als de hoofdbewoner en diens partner zijn aan te merken.

Artikel 6 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: “Regels van het bestemmingsplan “eerste herziening Plassengebied”".

Aldus vastgesteld in de vergadering van de gemeenteraad van Bodegraven-Reeuwijk van 29 maart 2017.