Plan: | 1e partiële herziening Recreatiepark Reeuwijkse Hout |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1901.14recparkrwh1eherz-BP80 |
het bestemmingsplan 1e partiële herziening Recreatiepark Reeuwijkse Hout van de gemeente Bodegraven - Reeuwijk.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1901.14recparkrwh1eherz-BP80 met de bijbehorende regels, verbeelding en eventuele bijlagen.
het bestemmingsplan Recreatiepark Reeuwijkse Hout, bestaande uit de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1901.12recparkreeuwhout-BP80 met de bijbehorende regels, verbeelding en eventuele bijlagen.
een (gedeelte van een) gebouw dat dient als recreatief verblijf voor gebruikers die hun hoofdverblijf elders hebben.
De regels van Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 3 van het moederplan zijn op dit plan van toepassing, met in achtneming van het bepaalde in de volgende artikelen.
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Er mogen gebouwen en andere bouwwerken worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
gebouwen
andere bouwwerken
Voor het gebruik gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van lid 4.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 4.1 met maximaal 10%.
Lid 4.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 4.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in lid 4.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Lid 4.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 1e partiële herziening Recreatiepark Reeuwijkse Hout.