direct naar inhoud van 3.2 Provinciaal beleid
Plan: Middelburgseweg 8 te Reeuwijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1901.13Middelbrgseweg8-BP80

3.2 Provinciaal beleid

Provinciale Structuurvisie (2010)

Een concurrerend, aantrekkelijk internationaal profiel, een duurzame en klimaatbestendige deltaprovincie, divers en samenhangend stedelijk netwerk, stad en land verbonden en een vitaal, divers en aantrekkelijk landschap, dat zijn de vijf integrale ruimtelijke hoofdopgaven die de basis vormen voor de structuurvisie 'Visie op Zuid-Holland'. Deze zijn door Gedeputeerde Staten vastgesteld in de nota 'Provinciaal Belang'. De structuurvisie 'Visie op Zuid-Holland' vervangt het interim-beleid op basis van de huidige vier streekplannen in Zuid-Holland. Met de vaststelling van de provinciale structuurvisie en de provinciale Verordening Ruimte wordt aansluiting gezocht bij de instrumenten uit de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Het ontwerp is vastgesteld op 2 juli 2010.


De structuurvisie bevat het ruimtelijk beleid van de provincie tot 2020, met een doorkijk naar 2040. Het accent ligt op sturing vooraf en sturing in kwaliteit. Het plangebied is gelegen in het Groene Hart. Een belangrijke ambitie van de provincie is het ontwikkelen van vitale en waardevolle landschappen en deze ook behouden. Voor het Groene Hart gaat het met name om openheid, rust, stilte, duisternis en landschappelijke diversiteit.


De provincie kiest ervoor om verstedelijking zoveel mogelijk in bestaand bebouwd gebied te concentreren. Op de functiekaart zijn het stedelijk netwerk en alle daarbuiten gelegen kernen in Zuid-Holland omgeven door bebouwingscontouren. Deze geven de grens van de bebouwingsmogelijkheden voor wonen en werken weer. Verstedelijking buiten deze bebouwingscontouren is in principe niet toegestaan. Het plangebied ligt buiten de bebouwingscontour.


Provinciale Verordening Ruimte (2010)

De Ruimtelijke Provinciale Verordening is vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 20 april 2010. De Verordening is een beleidsmatige vertaling van structuurvisie naar verordening waarin onder andere is vastgelegd dat er in principe geen verstedelijking buiten bebouwingscontouren (geen nieuwe vestiging of uitbreiding van stedelijke functies, intensieve recreatieve functies of bebouwing voor extensieve recreatieve functies) mag plaatsvinden. Alleen onder bepaalde voorwaarden kunnen bebouwingscontouren worden aangepast. Het plangebied is gelegen buiten de bebouwingscontour.


Vrijkomende agrarische bebouwing (lid 2 sub c)

De regeling voor vrijkomende agrarische bebouwing vormt de voortzetting van het bestaande provinciale beleid op dit punt. Hergebruik is mogelijk voor functies die geen belemmeringen met zich meebrengen voor de bedrijfsvoering van de omliggende agrarische bedrijven en die weinig verkeer aantrekken. Daarbij kan gedacht worden aan een woonfunctie, een zorgfunctie of een lichte bedrijfsfunctie. De nieuwe functie moet gehuisvest worden binnen de bestaande bebouwing. Indien sprake is van een zorgfunctie is herbouw en in beperkte mate uitbreiding van de bebouwing toegestaan binnen het voormalige agrarische bouwperceel. Het is aan de gemeente om te bepalen hoeveel nieuwbouw voor de zorgfunctie redelijk is.


Conclusie

De ambitie van de provincie ten aanzien van het Groene Hart wordt door middel van dit bestemmingsplan niet geschaad. De ontwikkeling past binnen de beleidsregels van vrijkomende agrarische bebouwing en woningen in bebouwingslinten zoals verwoord in de Verordening Ruimte.