direct naar inhoud van Artikel 17 Wonen
Plan: Reeuwijk-Brug
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0595.ReeuwijkBrug10-BP80

Artikel 17 Wonen

17.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen in niet-gestapelde vorm;
  • b. aan-huis-gebonden beroep of kleinschalig bedrijf;
  • c. tuinen en erven;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'garage': uitsluitend garages en bergplaatsen ten behoeve van de stalling van vervoermiddelen en voor de berging van niet voor handel en distributie bestemde goederen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld': gestapelde woningen met inbegrip van de daarbij behorende kelders, bergingen en andere nevenruimten;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel': tevens voor detailhandel en dienstverlening;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - 2': een duiventil;
  • h. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groenvoorzieningen, speelvoorzieningen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en verhardingen.

17.2 Bouwregels
17.2.1

Op deze gronden worden ten behoeve van de bestemming uitsluitend gebouwd:

  • a. hoofdgebouwen;
  • b. garages en bergplaatsen;
  • c. aan- en uitbouwen en bijgebouwen;
  • d. kelders;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

17.2.2 Hoofdgebouwen
  • a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd ;
  • b. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven bouwhoogte;
  • c. de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven goothoogte;
  • d. uitsluitend ter plaatse van de bouwaanduiding 'gestapeld' mag gestapeld worden gebouwd.

17.2.3 Maximaal toelaatbaar oppervlak erfbebouwing
  • a. op de gronden achter de voorgevelrooilijn (uitgezonderd het hoofdgebouw) bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van garages en bergplaatsen, aan- en uitbouwen, bijgebouwen, kelders en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten hoogste 40% van het oorspronkelijk bij de woning behorende zij- en achtererf tot een maximum van 50 m²;
  • b. de onder a genoemde 50 m² mag worden vermeerderd met 10% van het oppervlak dat het betrokken erf groter is dan 125 m² tot een maximum van 80 m², met dien verstande dat van geen afzonderlijk bouwwerk het grondoppervlak meer dan 50 m² bedraagt;
  • c. op de onder a genoemde gronden dienen ten minste 25 m² onbebouwd en onoverdekt te blijven.

17.2.4 Plaats erfbebouwing
  • a. aan- en uitbouwen en bijgebouwen mogen uitsluitend op een afstand van ten minste 1 m achter de voorgevel van de woning worden gebouwd;
  • b. daar waar al op minder dan 1 m afstand is gebouwd, wordt in afwijking van hetgeen genoemd onder a in het verlengde van de aanwezige aan- of uitbouw of het bijgebouw gebouwd;
  • c. woningen mogen aan de achterzijde over een diepte van ten hoogste 3,5 m achter de achtergevel worden uitgebreid;
  • d. de breedte van de aan- en uitbouwen en bijgebouwen op het zijerf van een woning bedraagt ten hoogste 4 m;
  • e. in afwijking van het onder d vermelde, mag een aan-, uitbouw of (aangebouwd) bijgebouw een breedte van 40% van het zijerf hebben, indien het bij een woning behorende zijerf een breedte heeft van meer dan 10 m;
  • f. de afstand tussen erfbebouwing en water bedraagt ten minste 1 m.

17.2.5 Hoogte van erfbebouwing
  • a. voor aan- en uitbouwen geldt een maximale goothoogte van 3,25 m;
  • b. op het achtererf is een kap op de erfbebouwing niet toegestaan;
  • c. voor bijgebouwen (vrijstaand of aangebouwd) geldt een maximale goothoogte van 3 m;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'garages' geldt een maximale goothoogte van 3 m en bouwhoogte van 4,5 m.

17.2.6 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de maximaal toelaatbare bouwhoogten zoals opgenomen in artikel 24.1.2 (Algemene bouwregels).

17.3 Specifieke gebruiksregels
  • a. Het gebruik van gedeelten van woningen ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten behorende tot milieucategorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten is toegestaan, voor zover:
    • 1. het vloeroppervlak ten behoeve van kantoor- en praktijkruimten en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten niet groter is dan 25% van het vloeroppervlak van de woning, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 60 m²;
    • 2. ten behoeve van de kantoor- en praktijkruimten en de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, conform de richtlijn van het CROW (ASVV);
    • 3. de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en niet gepaard gaan met horeca en/of detailhandel, uitgezonderd beperkte verkoop die ondergeschikt is aan de uitoefening van de betrokken kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • b. Het is verboden om bijgebouwen te gebruiken of te laten gebruiken als zelfstandige woning of als afhankelijke woonruimte;
  • c. In afwijking van sub b is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen-1' toegestaan bijgebouwen te gebruiken als woning;
  • d. Balkons en dakterrassen zijn uitsluitend binnen het bouwvlak toegestaan.

17.4 Ontheffing van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 17.3 onder a teneinde een activiteit behorende tot milieucategorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toe te staan mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • a. het bedrijf dient qua aard, milieubelasting en uitstraling te passen in een woonomgeving.