direct naar inhoud van Artikel 10 Leiding - Riool
Plan: De Wijde Wiericke
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0497.wijdewiericke10-BP80

Artikel 10 Leiding - Riool

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor een rioolleiding.

10.2 Bouwregels
  • a. Op deze gronden mogen uitsluitend ten behoeve van de in lid 10.1 bedoelde gronden bouwwerken met een maximale bouwhoogte 2,5 m worden gebouwd.

10.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden
  • a. Het is verboden op of in de gronden zoals bedoeld in lid 10.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
    • 1. het aanleggen van wegen, voet- en fietspaden, banen en andere oppervlakteverhardingen;
    • 2. het veranderen van het huidige maaiveldniveau door ontginnen, bodem verlagen, egaliseren, afgraven of ophogen;
    • 3. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en bomen;
    • 4. het uitvoeren van heiwerkzaamheden en het op een of ander wijze indrijven van voorwerpen;
    • 5. diepploegen;
    • 6. het aanleggen van andere kabels en leidingen dan in lid 10.1 aangegeven,en daarmee verband houdende constructies;
    • 7. het aanleggen van watergangen of het vergraven, verruimen of dempen van reeds bestaande watergangen.

  • b. Het verbod als bedoeld in sub a is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
    • 1. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
    • 2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het inwerkingtreding van het plan;
    • 3. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning.

  • c. De werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden als bedoeld in sub a zijn slechts toelaatbaar voor zover het leidingbelang hierdoor niet onevenredig wordt benadeeld.

  • d. Voordat het bevoegd gezag beslist omtrent het verlenen van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in sub a wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder.