Plan: | Twaalfmorgen 37 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1901.Twaalfmorgen37-WP80 |
het wijzigingsplan Twaalfmorgen 37 als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1901.Twaalfmorgen37-WP80
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waar gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een kleinschalige, aan de woonfunctie ondergeschikte, verblijfsvoorziening, gericht op het aanbieden van logies en ontbijt. Onder een bed & breakfast voorziening wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid of permanente kamerverhuur.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren, inzamelen, verwerken, verhuren, opslaan en/of distribueren van goederen.
een gebouw ten dienste van het beheer en onderhoud van onbebouwde natuurpercelen, bijvoorbeeld voor de opslag van materiaal en gereedschap of om in te schuilen door de eigenaren/gebruikers.
een bouwwerk dat tot stand gekomen is op basis van een verleende omgevingsvergunning of op basis van een daar aan gelijk te stellen regeling; dit geldt ook voor bouwwerken die zijn opgenomen in de inventarisatie 1985/1986 (naverkend 1990) en die nog daadwerkelijk aanwezig zijn.
het gebruik van gronden en bestaande bebouwing zoals bedoeld in 1.9 ten tijde van het inwerkingtreding van het plan.
afstands-, hoogte-, lengte-, breedte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of zijn opgenomen in de inventarisatie 1985/1986 (naverkend 1990).
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat is begrensd door op (nagenoeg) gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen en dat zodanige afmetingen en vormen heeft dat dit gedeelte zonder ingrijpende voorzieningen voor functies uit de bestemmingsomschrijving geschikt of geschikt te maken is.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
verblijf buiten de woning voor recreatieve doeleinden zonder dat er een overnachting elders mee gepaard gaat.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden niet aangepast is conform Bor.
een bouwwerk dat dient ter afscheiding van het erf of een terrein.
vormen van dagrecreatie in de openlucht met een relatief beperkt aantal recreanten per oppervlakte-eenheid, zoals wandelen, fietsen, skaten, vissen, zwemmen, natuurobservatie, varen, zeilen duiken, surfen, roeien en kanoën, allen niet in wedstrijdverband.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een of meer gebouwen, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
Persoon of groep personen die een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan; bedrijfsmatige kamerverhuur wordt daar niet onder verstaan.
vormen van dagrecreatie in de openlucht met een relatief groot aantal recreanten per oppervlakte eenheid, zoals zeilen en surfen (beide ook in wedstrijdverband) en duiken (met duikuitrusting/flessen).
activiteiten die in een woning of een bijbehorend bouwwerk door een bewoner op bedrijfsmatige wijze worden uitgeoefend, voor zover sprake is van een inrichting type A, zoals bedoeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) waarbij de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past.
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van de aardoppervlakte, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
Het geldende bestemmingsplan als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1901.Plassengebied-BP80 vastgesteld 24 juni 2015
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang.
de lijn waarmee de overgang van het land naar het water wordt aangegeven, zoals aangegeven op de GBKN-ondergrond (van 2012) van de (analoge) verbeelding en welke opgenomen is in Bijlage 1 bij de regels van het moederplan.
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen gebouw zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een dak.
een bouwwerk dat niet (meer) behoort bij een woning, zomerwoning of recreatieverblijf en die in de Inventarisatie 1985/86 (naverkend 1990) is geregistreerd.
bouwwerk, geen gebouw zijnde, boven het water en eventueel aan de oever, bedoeld voor het aanleggen van een of meerdere vaartuigen en of andere doeleinden, zoals terras;
bouwwerk, geen gebouw zijnde, op land en eventueel deels boven het water, bedoeld als terras en/of andere doeleinden, zoals het aanleggen van een of meerdere vaartuigen;
de naar de weg of naar de openbare ruimte gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevels, de gevel die door de ligging, de situatie ter plaatse en/of de indeling van het gebouw als voorgevel moet worden aangemerkt.
de lijn in het verlengde van de voorgevel.
het gehuisvest zijn in een woning zoals omschreven in onderhavige begripsbepalingen.
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling en de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidingsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel. Indien zich op enige zijde van een gebouw één of meer dakkapellen of vergelijkbare constructies bevinden waarvan de gezamenlijke breedte meer bedraagt dan 50% van de gevelbreedte van de betreffende gevel, wordt de goothoogte, druiplijnhoogte of boeiboordhoogte van de dakkapel of vergelijkbare constructies als goothoogte aangemerkt.
tussen de bovenzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken, dakkapellen en dakopbouwen. Dakoverstekken, luifels, niet aaneengesloten balkons e.d. worden niet meegeteld, mits zij niet verder uitsteken dan 0,75 m;
vanaf peil tot aan de buitenzijde van het dak en tussen de buitenwerkse maten van de draagconstructie.
vanaf het peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd.
de gebruiksoppervlakte volgens NEN2580 (Nederlandse Norm voor ruimtelijke data).
De voor 'Natuur - Extensieve recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen uitsluitend erf- en terreinafscheidingen met een bouwhoogte van ten hoogste 1 m worden gebouwd.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Natuur - Extensieve recreatie zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 3.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 3.3.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
De voor 'Wonen - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd:
en gelden de volgende regels:
max. inhoud | max. oppervlak | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |
woningen (inclusief bijbehorende bouwwerken, exclusief ondergrondse bouwlaag) | 750 m³ | 3,5 m * | 8 m * | |
vrijstaande bijbehorende bouwwerken behorende bij de woning | 50 m² ** | 3 m | 5 m | |
zwembad, geen gebouw zijnde, bij een woning | 40 m² | |||
erf- en terreinafscheidingen: - voor de voorgevel - elders |
1 m 2 m |
|||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde (geen erf- of terreinafscheidingen) | 3 m |
* tenzij met de maatvoeringaanduiding 'maximum goot- en bouwhoogte' een andere maximale goot- of bouwhoogte is aangegeven.
**met in achtneming van de maximale inhoudsmaat van de woning
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1 voor het gebruik tot het toestaan van een bed and breakfast, met inachtneming van het volgende:
Wanneer bij de aanvraag van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor het bouwen van gebouwen niet aangetoond wordt dat de sloot tussen nr. 37 en de nieuwe woning reeds gerealiseerd is, wordt die sloot uiterlijk binnen een jaar na vergunningverlening gerealiseerd.
Het is verboden op of in de gronden buiten het bouwvlak met de bestemming Wonen-3 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 4.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 4.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bouwgrenzen, als bedoeld in lid 1.15 niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van aanduidingen, aanduidingsgrenzen en regels worden overschreden door:
Ondergronds bouwen is uitsluitend toegestaan in 1 bouwlaag en binnen de contour van het betreffende gebouw, met dien verstande dat:
In aanvulling op het bepaalde in hoofdstuk 2 geldt dat bij (zomer)woningen en recreatieverblijven steigers en vlonders mogen worden gebouwd, met inachtneming van de volgende regels:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is - bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels voor:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in hoofdstuk 2, voor het toestaan van bebouwing buiten het bouwvlak, zijnde:
met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in hoofdstuk 2, teneinde het plaatsen van een nieuwe brug of het vernieuwen of vergroten van een bestaande brug mogelijk te maken, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken, voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein of ter correctie van afwijkingen of onnauwkeurigheden in het plan. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het wijzigingsplan Twaalfmorgen 37'.