direct naar inhoud van Regels
Plan: Partiële herziening Bestemmingsplan Breevaart, Oude Tol fase III, Meentweide
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1901.17PHOudeTolMw-BP80

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 bestemmingsplan Breevaart, Oude Tol fase III:

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0595.OudeTolfaseIIIRB10-BP80 met bijbehorende regels;

1.2 plan:

het bestemmingsplan "Partiële herziening Bestemmingsplan Breevaart, Oude Tol fase III, Meentweide" met identificatienummer NL.IMRO.1901.17PHOudeTolMw-BP80 van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk;

1.3 plankaart:

de analoge verbeelding van het GML-bestand NL.IMRO.1901.17PHOudeTolMw-BP80;

1.4 partiële herziening:

De geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende regels.

Artikel 2 Relatie bestemmingsplan Breevaart, Oude Tol fase III - partiële herziening

De regels behorende bij het bestemmingsplan Breevaart, Oude Tol fase III zijn onverminderd van toepassing voor de onderhavige partiële herziening, tenzij in deze partiële herziening anders wordt bepaald.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Afwijkingen van de bestemmingsregels

In afwijking van artikel 5, lid 5.2 van het bestemmingsplan Breevaart, Oude Tol fase III mag ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' per woning één bijgebouw worden gebouwd waarvan de breedte niet meer bedraagt dan 40% van de voorgevel van de woningen en de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3,25 meter.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 5 Algemene gebruiksregels

5.1 Specifieke gebruiksregels - parkeernormering

Bij de beoordeling van de parkeernorm voor auto parkeerplaatsen wordt de gemiddelde parkeernorm gehanteerd zoals vastgesteld in de Nota Parkeernormen van burgemeester en wethouders d.d. 10 mei 2016;

5.2 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.1 indien:

  • a. aanpassing van het bouwplan om alsnog te kunnen voorzien in voldoende parkeerruimte redelijkerwijs niet kan worden verlangd of
  • b. op een andere wijze is of wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid om de toename van de parkeerbehoefte buiten het eigen terrein op te vangen en/of
  • c. de parkeerbehoefte in een collectieve parkeervoorziening wordt voorzien.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 6 Overgangsrecht

6.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van de partiële herziening aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van lid a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  • c. Lid a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

6.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van de partiële herziening en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met de partiële herziening strijdige gebruik, bedoeld in lid a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in lid a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Lid a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 7 Slotregel

Deze regels kunnen worden aangehaald als "Partiële herziening Bestemmingsplan Breevaart, Oude Tol fase III, Meentweide".