direct naar inhoud van Artikel 5 Wonen
Plan: Middelburgseweg 8 te Reeuwijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1901.13Middelbrgseweg8-BP80

Artikel 5 Wonen

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen in de vorm van twee-onder-één-kap;
  • b. aan-huis-gebonden beroep en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten met inachtneming van het bepaalde in 5.3.2;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, in- en uitritten, tuinen, erven, en water.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen als genoemd in 5.1 gelden de volgende bepalingen:

  • a. woningen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het op de verbeelding opgenomen bouwvlak;
  • b. per bestemmingsvlak is maximaal 1 twee-onder-één-kapwoning toegestaan;
  • c. de nokhoogte mag maximaal 9 meter bedragen;
  • d. de goothoogte mag maximaal 3,5 meter bedragen;
  • e. de inhoud van de woningen bedraagt, inclusief aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen, maximaal 1.400 m³.

5.2.2 Aan- en uitbouwen, aangebouwde bijgebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, aangebouwde bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende bepalingen:

  • a. aan- en uitbouwen, aangebouwde bijgebouwen en overkappingen mogen binnen het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat de minimale afstand 1 m bedraagt achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 80% van het hoofdgebouw;
  • c. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 m dan wel de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw + 0,25 m.

5.2.3 Vrijstaande bijgebouwen

Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. vrijstaande bijgebouwen mogen binnen het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat de minimale afstand 1 m bedraagt achter (het verlangde van) de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6 meter;
  • c. de totale oppervlakte aan bijgebouwen, inclusief de oppervlakte van het hoofdgebouw, mag niet meer bedragen dan 120 m2.

5.2.4 Bouwwerken

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 1 m;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 2 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 3 m.

5.3 Specifieke gebruiksregels
5.3.1 Verbod

Het is verboden bijgebouwen te gebruiken of te laten gebruiken als zelfstandige woonruimte.

5.3.2 Beroeps- en bedrijfsuitoefening

Op deze gronden is het gebruik toegestaan van gedeelten van hoofdgebouwen, inclusief aan- en uitbouwen, voor aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voor zover:

  • a. het vloeroppervlak ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten niet groter is dan 25% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 60 m²;
  • b. ten behoeve van de kantoor- en praktijkruimten en de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien;
  • c. de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en niet gepaard gaan met horeca en detailhandel, uitgezonderd beperkte verkoop die ondergeschikt is aan de uitoefening van de betrokken kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • d. het beroep of bedrijf wordt uitgeoefend door de bewoner van het betreffende perceel.